De dikke spin en de vlinder , een gevecht
Ik zit voor mijn raam; wolken drijven wittig voorbij . De zon geeft tegenlicht en zet de tuin in heldere klanken . Een dikke wellustige spin heeft haar net tegen het raam en in de planten gespannen.
Mijn vlinderstruik is gehalveerd, verminkt door een haagscheerder die geen tuinman is . De schoonheid is verdwenen. Zijn vlinders hebben hun kaalgeplukt huis verlaten en cirkelen op de rode vetbloemen die naar de zon gericht zich koesteren in het licht en vlinders opvangen op hun dak , daar ze hun huis vernield zagen en daarom neerduiken op nieuwe bloemen. Met 20 fladderen ze van bloem naar bloem hun prachtige vleugels sidderend bewogen. Meesterlijk getekend zijn ze , met paarse ogen in een oranje veld, en witte stippen aan de boord met grauwgrijs lijfje vlinder, die met voelsprieten tokt onderaan . Van bloem naar bloem testen ze uit en dansen in een fladderchoreografie.
Plots zie ik een zwarte schim voor het raam , rondjes draaien , fladderen met de spin erachter aan, een ontsnappingsgevecht. De zwarte vlinder tolt en tolt in het net , draait zich de vrijheid in, de spin moet lossen en gaat leeg uit. Ze vangt wel nieuwe domkoppen. Zo zie ik het leven in het klein zoals het zich in het groot afspeelt, soms win je , soms verlies je van een sterkere tegenstander.
Reacties
Een reactie posten